Hoeveel slaap heeft een baby nodig?

Hoeveel slaap heeft een baby nodig?

Het is één van de vragen die we geregeld krijgen van onze volgers of tijdens een slaapconsultatie. “Hoeveel uren hoort mijn baby te slapen?”, “Slaapt mijn kindje te weinig?”  De hoeveelheid slaap die een baby nodig heeft, is sterk afhankelijk van de leeftijd. Daarom gaan we even per leeftijd kijken naar de slaapnoden van je kindje.


Pasgeboren baby

Hoeveel slaap heeft een pasgeboren baby nodig? Een pasgeboren baby slaapt bijna de hele dag door. Ze wordt wakker om te eten, valt soms al terug in slaap voor het voedingsmoment voorbij is, en anders gebeurt dit snel daarna. Het is dan ook niet verwonderlijk dat pasgeboren baby’s op 24 uur tijd ongeveer 15-18 uur slaap nodig hebben. Ze hebben nog geen dag-nacht ritme dus slapen gewoon wanneer ze behoefte hebben. Zie het als een zandlopertje. Is dat leeg? Dan vallen ze in slaap. Hebben ze voldoende slaap gesprokkeld? Dan worden ze wakker en begint het zandlopertje weer te legen. Op deze leeftijd zijn het aantal dutjes erg onregelmatig en zijn ook de nachten meestal onderbroken. Vooral omwille van het frequent nodig hebben van voeding.

Baby is 2 maanden oud

Op de leeftijd van 2 maanden heeft een baby zo’n 14-17 uur slaap nodig. Liefst beperken we de dutjes (= slaapmomenten tussen het ochtend ontwaken en bedtijd (= 19u a 20.uur) ) tot een totaal van 5 uur.  Slaapt je kindje overdag meer uren? Dan is het goed mogelijk dat hij zijn volledige noodzakelijk uren volgeslapen heeft nog voor de ochtend er goed en wel is.

Baby is 4 maanden oud

Zo rond 3 à 4 maanden verandert de manier van slapen bij baby’s. Het gaat dan veel meer lijken op de slaapcyclussen die wij als volwassenen doormaken. Voor je kindje is het daarom nu uitermate belangrijk dat het een slaapritueel heeft, dat hem toelaat verschillende korte slaapcycli aan elkaar te weven tot een gezonde, uitrustende slaap. Kindjes van vier maanden oud hebben 12 tot 15 uur slaap nodig. Dutjes overdag gaan we beperken tot een totaal van maximum 4 uur om te zorgen dat de nachten soepel blijven verlopen.

Baby is 6 maanden oud

Rond de leeftijd van 6 maanden heeft je kindje nog een 12-15 uur slaap nodig over 24 uur. Maximum 3.5 uur hiervan zijn dutjesuren overdag. Rond deze leeftijd is het belangrijk dat je kindje rond 19u -19.30 in bed zit.

Baby is 9 tot 12 maanden oud

Het aantal totale uren blijft gelijk tot je baby ongeveer één jaar oud is. Wel zakken de nodige slaapuren overdag wat meer. (3uur max op 9 maanden, 2,5 -3 uur wanneer je kindje één jaar wordt.

Peuters

Kindjes tussen 1 en 3 jaar hebben een totaal van 11 tot 14 uur slaap nodig. We beperken bij voorkeur de dutjes uren tot een totaal van 2 uur (bij 2 dutjes) en eventueel tot 3 uur wanneer je kindje overschakelt op één dutje.

Belangrijk!

Bij pasgeboren baby’s is het soms moeilijk om bedtijd op een normaal uur (19-20 u) te laten starten. Eventueel kun je de eerste maanden je kindje in bed leggen rond 20.30 -21.30u. Veel ouders geven dan nog een dreamfeed net voor ze zelf gaan slapen. Een dreamfeed geef je terwijl je baby zoveel mogelijk blijft slapen. (Geen of zo weinig mogelijk licht aan, geen speelmomentje maar enkel voeden, niet verluieren tenzij echt noodzaak, de slaapkamer niet verlaten.) Doel van de dreamfeed is een goed nachtritme gaan creëren, en toch te zorgen dat je kindje tijdig een voeding krijgt. Daarnaast is het handig als je baby nog gegeten heeft net voor jullie ook naar bed gaan. Zo kun je het aantal uren slaap in de nacht maximaliseren. Een dreamfeed geef je idealiter tussen 22 u en 23.30u.

Houd er rekening mee dat elke baby gedurende de nacht minstens 10 uur slaap nodig heeft. Dat is het ABSOLUTE minimum! De meeste kindjes hebben 11 tot 12 uur slaap nodig in de nacht. Het is normaal dat ze na elke slaapcyclus wakker worden. Dat doen wij ook. Het is wel belangrijk je kindje te leren hoe hij hier zelf het gemakkelijkste mee kan omgaan om verder te slapen. Heb je aandacht voor al deze zaken, dan heb je al een basis van wat jouw kindje nodig heeft. Een tweede erg belangrijk element om dan rekening mee te houden als je een goed slaapritme wil creëren, zijn de wakkertijden. Daar schreven we al een artikel over.

Hoe lang kan een baby wakker blijven: de wakkertijd

Hoe lang kan een baby wakker blijven: de wakkertijd

Om je baby goed te laten slapen, dien je ook te weten hoe lang een baby wakker kan blijven na een ontwaken. Dit verandert met de leeftijd. Waar pasgeboren baby’s nog heel veel slapen, kunnen peuters en kleuters al een hele dag overbruggen zonder een dutje of met één dutje.  Waarom dat zo is, ligt aan de wakkertijden die evolueren.

Wat is wakkertijd?

De wakkertijd kan je omschrijven als de tijd die je baby optimaal wakker blijft na een ontwaken na nacht of dutje. Is de wakkertijd afgelopen? Dan ligt je kindje idealiter in bedje voor een volgend dutje.  Overschrijd je de wakkertijd? Dan zal dit gevolgen hebben voor je kindje. Een te laat dutje of een dutje overslaan, lijkt voor je baby wat op hoe wij ons voelen als we een nachtje zouden doorsteken zonder slaap. We kunnen dat wel, maar we functioneren niet altijd even goed daarna. Soms voelen we ons oververmoeid of we hebben moeite ons te focussen. Soms zijn we sneller geïrriteerd en prikkelbaar. Stel dat we daarna nóg een nacht proberen door te brengen zonder slaap: dan lopen de problemen sterk op.

Zo is het ook voor je kindje. Een dutje dat wat korter is, of waarbij misschien niet geslapen werd, zal zorgen voor het opbouwen van slaaptekort. Is dat maar één dutje op de dag dat wat minder ging? Dan vallen de gevolgen vaak nog mee. Gaat het om meer dan één dutje, omdat je misschien een kindje hebt dat echt vecht tegen de slaap en zoveel mogelijk wil beleven? Dan zal je kindje tegen de avond erg prikkelbaar zijn. Slaaptekort is één van de oorzaken die bijdragen aan het huiluurtje in de avond.

Hoelang kan je baby wakker blijven?

De wakkertijd groeit mee met je baby. In het schema hieronder zie je hoe de wakkertijd bij kindjes steeds groeit. 80 % van de baby’s volgen deze wakkertijen. Bij 20 % wijken ze iets af. (15 tot 20 minuten langer of korter.) Wijkt je kindje veel meer af? Dan heeft het waarschijnlijk een nodig dutje overgeslagen en is het belangrijk om aandacht te hebben voor de wakkertijden. Ook als je kindje niet zelf aangeeft moe te zijn. Vooral baby’s die alles willen zien en meemaken, durven soms over hun grenzen gaan en de slaapsignalen negeren.

Wakkertijden per leeftijd

Leeftijd babyWakkertijd
pasgeboren45 min
1 maand60 min
3 maanden 90 min
6 maanden2u 30 min
9 maanden3 u– 3u30 min
12-18 m4 u – 6 u
18m- tot leeftijd wegvallen dutje5 – 7 u
Wakkertijden per leeftijd

Onrust en slaap

Is de wakkertijd volgemaakt, dan zorg je dus dat je kindje een dutje kan doen. Een dutje duurt bij voorkeur tussen de 45 minuten en 120 minuten. 45 minuten is een slaapcyclusje bij de jongste baby’s. Bij iets oudere baby’s lijken de cyclussen meer op de slaap van ons volwassenen en is elke cyclus ook ietsje langer. Baby’s die na 45 minuten – 1u 15 minuten wakker worden, hebben een slaapcyclus doorgemaakt en proberen de volgende cyclus te koppelen aan de vorige. Ze zoeken hierbij naar de zaken die ze anders ook gebruiken om terug in slaap te vallen. (fopspeen, witte ruis, wiegen, drinken, …)

Hoewel al voorgaande zaken je baby tot rust brengen, zijn ze niet allemaal even ideaal. Is je kindje ook tijdens zijn slaap onrustig en nog erg jong ( 0 tot 3 maanden)? Dan kan hij last hebben van reflexen die bewegingen uitlokken. Een inbakerzakje voor de eerste maanden kan dan helpen.

Bedtijd en hormonen

Als je de nacht begint, heb je idealiter een volledige wakkertijd achter de rug. Zo is je kindje ook effectief moe en klaar voor de nacht. Gaan rekken met de wakkertijd is moeilijker. Te lang wakker houden, heeft namelijk een omgekeerd effect.  Je kindje maakt dan stresshormonen aan (adrenaline en cortisol) omdat er geen slaap volgt op de slaapsignalen en het lichaam dus nieuwe energie moet zoeken. Bovenstaande hormonen zorgen voor een stijging van het stresslevel en een bijhorende energieboost. Maar de hormonen bemoeilijken ook het in slaap vallen en het in slaap blijven. Ze werken dus hinderend op een kwalitatieve slaap.

Naast de wakkertijden is het natuurlijk ook belangrijk dat je weet hoeveel uren slaap je baby nu eigenlijk nodig heeft. Daarover kun je hier meer lezen.

Heeft jouw kindje moeite om in slaap te raken? Dan kun je altijd terecht voor een slaapbegeleiding. We werken steeds holistisch en bekijken je kindje en zijn gewoontes in het geheel. Door deze focus en ruime blik, nemen we ook zaken die niet direct slaap gerelateerd zijn mee (voedingsgewoontes, verteringsproblemen, karakter, …) maar vaak onderliggend een negatief effect hebben op de slaap. Door er rekening mee te houden en ook daar tips te geven, optimaliseren we nog meer het ritme van je kindje.

Is een fopspeen goed of slecht voor je baby?

Is een fopspeen goed of slecht voor je baby?

Het is een vraag die nieuwe ouders zich vaker stellen. Geef ik mijn baby nu wel of geen fopspeen?  Wij hebben daarom voor je even alle voor- en nadelen opgelijst, zodat je zelf kan beslissen of je wel of geen fopspeen wil geven.

Voordelen:

  • Baby’s hebben een instinctieve zuigreflex. Het zuigen zelf zorgt hierbij voor een troostend en goed gevoel bij je kindje. Onderzoek toont aan dat de stresslevels tijdens en na een ingreep bij de baby lager zijn als die zuigt op een fopspeen. Ook onderzoeken bij premature kindjes melden een kortere ligduur in het ziekenhuis bij fopspeen gebruik. We kunnen er dus vanuit gaan dat een fopspeen een troostend, regulerend en kalmerend effect heeft op de baby.
  • Een viertal onderzoeken tonen een lager aantal gevallen van wiegendood bij baby’s met fopspeen. De precieze redenen hiervoor zijn nog niet echt duidelijk en worden verder onderzocht.
  • Fopspenen zouden een pijnstillend effect hebben op baby’s. Ook hier verwijzen onderzoeken vooral naar premature baby’s en de cortisol levels bij ingrepen.
  • Fopspenen zorgen voor een zelf-troostend effect. Baby’s met een fopspeen kunnen zichzelf iets sneller zelfstandig troosten.
  • Fopspeen gebruik kan je gemakkelijk terug afleren. Duimzuigen daarentegen heeft veel dezelfde nadelen maar is erg moeilijk af te leren.

Nadelen

  • Kindjes die fopspenen gebruiken, hebben volgens onderzoek een grotere kans op het ontwikkelen van oorontstekingen. Wel dient hier een kanttekening bij gemaakt te worden. In de onderzoeken hebben de meeste kindjes die een fopspeen gebruiken vaak geen moedermelk (meer) als voeding.  Deze factor dient meegenomen te worden gezien de beschermende factor van moedermelk tegen oorontstekingen ( otitis media).
  • Kindjes die erg lang blijven zuigen op een fopspeen, (vooral wanneer de fopspeen ook gedoopt wordt in zoetigheid) hebben een grotere kans om gaatjes in de tanden te krijgen.
    Langdurig fopspeengebruik zorgt vaak voor een afwijkende stand van de tanden. Dit is vooral het geval wanneer de speen in de leeftijdsgroep van 3 tot 5 jaar nog gebruikt wordt.
  • Zuigen op een fopspeen kan hongersignalen maskeren, waardoor je niet optimaal inspeelt op je baby.
  • onderzoek toont aan dat er meer bacteriën aanwezig zijn in de mond van baby’s/ jonge kinderen die een fopspeen gebruiken. Vaak zijn dit eerder onschuldige varianten. Op de fopspeen zelf stelden onderzoekers een verschil vast tussen silicone en rubber, waarbij siliconenspenen minder vatbaar zijn voor aanhechting van bacteriën.
  • Tot het moment dat de baby de fopspeen zelf in de mond kan stoppen, is hij afhankelijk van de ouder om die terug te geven wanneer hij die verliest. Je kan de afhankelijkheid wel beperken. In onze slaapcoaching geven we hier uitgebreid uitleg over.
  • Mogelijks is er een negatieve invloed op het functioneren en bouw van mond (spieren) en tanden.  Zo ligt bij fopspeengebruik de tong niet tegen het verhemelte, maar onder de fopspeen.
  • Een fopspeen zou de borstvoeding nadelig beïnvloeden, wordt vaak verteld. Een aantal recente onderzoeken tonen echter weinig tot geen verband bij fopspeengebruik op de duur van de borstvoeding. Mogelijks is de invloed van een fopspeen dus niet zo negatief als eerst gedacht.

 Onze visie: 

Kijk vooral naar wat je baby nodig heeft en wat jullie zelf als gezin willen. Wel of geen fopspeen: er zijn voor beide voor- en nadelen te melden.  Beide opties zijn prima keuzes! Durf dus gaan voor je eigen keuze.

Kies je voor een fopspeen, gebruik dat altijd een veilig model ( met gaatjes in het schild), vervang de speen regelmatig en check ook tussendoor regelmatig op slijtage. Zorg voor een fopspeen met CE certificaat, zo ben je zeker dat er geen schadelijke stoffen in zitten.
Zelf zouden we adviseren om even af te wachten met de fopspeen als de borstvoeding nog niet vlot loopt.

Beperk het gebruik tot de dutjes of troostmomenten als je kindje nog erg klein is, zorg dat je alert blijft voor hongersignalen.
Bouw het fopspeengebruik tijdig af. ( Eerst enkel nog in bedje, daarna volledige afbouw. Grotere kindjes hebben voldoende andere mogelijkheden tot troost en de nadelen worden groter bij langdurig -en frequent- gebruik.)

Kijk bij het kiezen van een fopspeen niet enkel naar hoe leuk die is, maar kijk welke vorm en soort de voorkeur van jouw kindje draagt.


Hoe veilig is een babynestje?

Hoe veilig is een babynestje?

Je kent ze wel: de draagbare babynestjes met een boord rondom met zachte omranding. Ze omvatten je baby en -zo zegt de reclame- geven je kindje het gevoel van geborgenheid van in de buik. Je hebt ze in de meest leuke printjes en de meeste grote babymerken hebben er wel eentje in het assortiment zitten. Maar hoe leuk we ze ook vinden, toch heeft De BabyExpert ze niet op de webshop staan en we zullen dit ook niet doen. Hieronder lees je ook waarom we de keuze maakten niet mee te gaan in deze nieuwe hype.

Terug naar het begin

Als we een tijdje terug in de tijd gaan, dan zien we dat de wiegendoodcijfers vroeger een heel stuk hoger waren. Vanaf 1994 kwam daar in drastisch verandering in, met de start van de Vlaamse campagnes rond vermijden van wiegendood (in Nederland is dit zelfs nog een aantal jaar vroeger van start gegaan). Onderzoek toonde namelijk aan dat er een aantal factoren zijn die de kans op wiegendood verhogen. Eens deze factoren geminimaliseerd werden en deze goede slaapgewoonten ook beter gecommuniceerd werden, zakten de sterftecijfers drastisch. Zo waren er in 1993 -voor de start van de campagne- nog meer dan 100 overlijdens in Vlaanderen te wijten aan wiegendood. Die aantallen zakten een jaar na de start van de campagne al naar 70 om de jaren erna verder te zakken naar 30 en in 2015 rond de 15 te liggen.  Deze adviezen bleken dus levensreddend.

Veilig slapen

Misschien kunnen we er even een aantal belangrijke wetenschappelijk onderbouwde adviezen voor het vermijden van wiegendood bijhalen:

1: De baby laten slapen in ruglig

Ruglig is de enige veilige houding om te slapen. Weliswaar hebben kindjes die wakker zijn veel afwisseling nodig om motorisch optimaal te ontwikkelen. Het is dus zeker belangrijk om ze overdag frequent onder begeleiding in zijlig of buiklig  te laten liggen of ze te dragen. Maar wanneer ze slapen zonder toezicht, is ruglig de meest veilige houding.

2: In een bed met een stevige en passende matras en een stevige ondergrond

Zodanig dat de baby niet kan wegzakken in de matras. Zachte matrassen (vervormbare matras) of onstevige bodems zijn een risico.

3: Geen risicovolle bedmaterialen

Geen kussen, geen dekbed, geen bedomrander, geen ‘hulpstukken’ om positie te houden. Geen andere zaken die het gezicht kunnen bedekken of waar het gezichtje in terecht kan komen (vb grote knuffels vlakbij het gezicht). Deze zaken verhogen het risico op wiegendood sterk. Een baby slaapt het beste in een bed, zonder extra’s, met open spijlen (luchtcirculatie) en zonder losse dekens. Het vrijhouden van het gezicht is van cruciaal belang.

4: Maximum 10 % helling  van het bedje.

Beter is de poten te verhogen (blokjes) dan de matras. Zodoende ligt er niets extra in het bedje. Eventueel kan men ook het bedje half opmaken, zodat de baby lager ligt en niet veel kan zakken. Een te hoge helling  van het bedje is gevaarlijk en kan zorgen dat het kinnetje van de baby op de borst zakt waardoor de ademweg deels of geheel geblokkeerd wordt (dit is ook waarom het afgeraden wordt een baby meerdere uren te laten slapen in een zitje zoals een relaxzitje dat niet helemaal vlak is). Vooral wanneer ze zelf nog weinig controle over het hoofdje en nek hebben en ze nog erg jong zijn is dit gevaarlijk. Er is trouwens weinig bewijs dat het hoofdeinde van het bed iets verhogen een positieve uitwerking zou hebben op reflux. Pas wanneer de baby echt rechtop wordt gehouden (zoals in de armen) zien we verbetering.

5: Vermijd roken tijdens en na de zwangerschap

Ga zeker niet roken in nabijheid van de baby of de kamers waar de baby slaapt. Roken is een belangrijke factor en verhoogt de kans op wiegendood significant.

6: De temperatuur van de kamer is idealiter  koel

De eerste 6 weken nog tot max 20°, daarna bij voorkeur rond de 18. Is de kamer warmer op zomerse dagen, pas dan zeker de kleding aan.  Wiegendood komt vaker voor in de winter wanneer de baby te veel kledij aankrijgt en de warmte niet weg krijgt. Let er ook op dat een mutje op het hoofd na de eerste dagen niet meer nodig is. Op deze manier kan je kindje het teveel aan warmte niet kwijtraken. Oververhitting is een trigger voor wiegendood.

 Er zijn er nog een aantal adviezen en wie ze allen graag eens uitgebreid wil nalezen kan dit o.a. hier: wetenschappelijk-dossier-veilig-slapen-2008.pdf (kindengezin.be)

Het babynestje

Een babynestje heeft een zachte ondergrond (vervormbare matras). Bovendien heeft het een  zachte ‘omranding’ met vulling. Deze ligt relatief dicht bij het gezicht van de baby. De kans dat een baby met het gezicht in de rand terecht komt is dus groot.  Zeker wanneer het nestje zelf ook nog eens in het ouderlijk bed ligt en meebeweegt met de ouders kan baby gemakkelijk naar de zijkant schuiven. Ook warmte kwijtraken is moeilijker in een nestje, zeker wanneer het hoofdje tegen de bovenrand terecht komt. Zowel de warmtestuwing als adembelemmering zijn risicofactoren naar wiegendood toe.

Een babynestje is dus zeker geen product waar je kindje veilig in te slapen gelegd kan worden. En laten ze nu net daarvoor het vaakst gebruikt worden…

Een babynestje zou dus eigenlijk op een harde ondergrond moeten staan (op de grond?) en er is steeds supervisie nodig. Het is dus niet de bedoeling dat jij als ouder dan ook slaapt. Het hoort niet in het ouderlijk bed of in het kinderbed als bedverkleiner.  Je kunt je afvragen wat het nut er dan nog van is?

Word je gelokt door de knusheid bij het slapen? Dan kun je je kindje ook inbakeren de eerste maanden of in een slaapzakje laten slapen. Ook zo slaapt het knus en geborgen (EN veilig)!

Oké, maar wat dan als de fabrikant beweert dat het product ‘veilig en goedgekeurd in de slaapomgeving’? Kan het dan wel?

Hier duiden ze waarschijnlijk op de Europese norm EN 597 waar elk stof gebruikt in slaapsituaties aan moet voldoen.  Die ‘goedkeuring’ en veiligheid spreekt enkel over de mate waarin een stof ontvlambaar is. Het gaat dus over brandveiligheid en zegt dus niets over hoe veilig een babynestje is naar wiegendood toe.

Daarnaast is het ook interessant te weten dat elke stof die nog wat ademend is, adem-belemmerend wordt wanneer er vocht in terecht komt (denk aan speeksel, melk teruggeven,…). Het is dus niet verstandig blindelings op dergelijke claims te vertrouwen.

Cijfers zakken niet meer

Sinds een aantal jaar neemt het aantal gevallen van wiegendood niet meer af. Het stagneert en in sommige landen zien we zelfs een stijging. Zo komen sinds de omranders in het park (of ook box genoemd) meer gevallen van wiegendood daarin voor. Ook de babynestjes hebben jammer genoeg al meerdere overlijdens geëist.  Zo ook bij de ‘DockATot’ een babynestje met zachte omranders, voorheen bekend als SleepyHead. Enorm populair in de V.S. maar ook bij ons verkrijgbaar. Na enkele gevallen van wiegendood in het nestje staat er nu een waarschuwing dat hun nestje niet bedoeld is om kinderen in te laten slapen en enkel onder supervisie te gebruiken is. In Canada is dit product zelfs niet meer verkrijgbaar. Andere nestjes zijn echter soortgelijk. Niet veilig dus om in te slapen.

Mijn baby is nochtans helemaal oké

Neen, niet elke baby die daarin wordt gelegd zal sterven aan wiegendood. Gelukkig maar! Het blijft een situatie waar meerdere factoren spelen. En er zijn mensen die geneigd zijn te zeggen dat hun kind er maanden in heeft gelegen, waarbij niets gebeurd is, en daaruit besluiten dat het product veilig is. Dit is een gevaarlijke visie. Ik vermoed dat ik bij rood licht ook verschillende malen kan oversteken zonder omver gereden te worden… Maar uit veiligheidsoverwegingen gaan we toch niet proberen hoeveel keer dit lukt ?

Slapen in een babynestje is niet veilig. Dat is iets wat veel ouders (nog) niet (genoeg) beseffen. Je gaat er vanuit dat wat je koopt voor je baby ook veilig is. Veel gevallen van wiegendood konden vermeden worden indien alle veiligheidsregels gevolgd werden. En dat is dan weer de reden waarom wij dit graag met je delen. Onze visie is dat je met je baby, dat kleine bundeltje geluk, geen enkel veiligheidsrisico wil nemen. Hoe mooi dat babynest-printje ook is.

Heb je het al in huis? Gebruik het dan enkel onder supervisie. Heb je het momenteel op de lijst staan? Denk dan even goed na of dit toch wel prijzige item voor jou nog steeds een must-have is of net het net zo goed van de lijst mag.

Hoe kan je afplatting van het hoofdje vermijden?

Hoe kan je afplatting van het hoofdje vermijden?

Wat is afplatting?

Afplatting van het hoofdje zie je bij veel baby’s. Dit is vaak omdat deze kindjes een voorkeurshouding hebben. De meest voorkomende afvlakking is plagiocefalie (de linker of rechter kant van het hoofdje is afgevlakt)en brachycefalie (het achterhoofd van je baby is vlak).

Vaak wordt dit een scheef hoofdje genoemd in de volksmond. Het hoofdje is dan niet symmetrisch gevormd en dat kan zich uiten in onder andere een ronder/langer gezicht, afwijkende stand van de oortjes of oogjes,… Vaak hebben deze kindjes ook last van een ‘draainek’ of torticollis. Hierbij kunnen de kindjes niet goed draaien met het hoofd naar de ene of andere richting. Hun draairichting is dus beperkt. Vaak zie je dan een opgetrokken schoudertje links of rechts. Deze kindjes draaien zich steeds terug naar hun ‘beginpositie’ omdat het gewoonweg niet lukt in de andere positie te blijven liggen. Buiten het cosmetische aspect is er ook kans dat de zuig-slik-adem coördinatie minder vlot verloopt, dat het kindje een minder goede tongbeweging heeft en dit beïnvloedt nadelig de (borst)voeding. Ook zien we meer oorontstekingen bij kindjes met afgeplatte hoofdjes.

Belangrijk om weten is dat elke baby wel geboren wordt met een voorkeurshouding door de ligging in de baarmoeder, een eventuele omstrengeling van de navelstreng rond de nek tijdens de geboorte en de geboorte op zich. Het komt dus veel vaker voor dan je misschien denkt. Het goede nieuws is dat je zelf heel wat kan doen om voorkeursligging en afplatting tegen te gaan:

Wat kan je doen om voorkeursligging en afplatting tegen te gaan?

1.    Tummy time

Waarom is Tummy time zo belangrijk?

Tummy time of buiklig bij een baby is belangrijk om de motorische ontwikkeling te stimuleren en afplatting van het hoofdje te voorkomen. Baby’s slapen voornamelijk op de rug om wiegendood te vermijden maar eens ze wakker zijn mogen ze wel onder toezicht op hun buikje spelen. Werk opbouwend, van enkele seconden bij jonge baby’s naar enkele minuten voor oudere kindjes. Houd het gedrag van jouw kindje in de gaten… Niemand wordt happy van een gefrustreerde baby.

Wat doet tummy time nu precies?

Het versterkt de nekspieren en stimuleert het optillen van het hoofd maar ook de controle er van. Het versterkt de rugspieren en stimuleert een goede houding. Ook de beentjes en armen worden versterkt. Jouw kindje leert zich opdrukken, kruipen en wordt gestimuleerd om met de handjes naar dingen te grijpen. De fijne motoriek en oog-handcoördinatie wordt ook hier gestimuleerd. De kans op een afgeplat hoofdje wordt minder.

Tips bij tummy time

  • Begin zo vroeg mogelijk, zelfs al is jouw kindje maar enkele dagen oud. Houd de sessies kort, zodat je kindje kan wennen. Tijdens de pamperwissel kan je jouw baby omdraaien op de buik en dit kan je enkele keren per dag doen.
  • Voor pasgeboren baby’s is buiklig nog moeilijk, er is namelijk nog weinig hoofdcontrole. Maar ook nu is het belangrijk buiklig te stimuleren. Dit doe je door je kindje tegen je aan te leggen terwijl jij achterover leunt.
  • Tijdens het dragen kan je ook jouw baby eens anders vasthouden, rustend met het buikje op de onderarm ‘vliegertje spelen’. Of met het hoofdje en armpjes over de schouder terwijl je rondwandelt.
  • Zorg er ook voor dat je baby goed wakker is en dat hij niet in slaap valt met zijn gezichtje naar beneden. Tummy time is play time.
  • Kies een stevige ondergrond voor buiklig, zoals een speelmat.
  • Ga voor oogcontact, ga liggen op je buik of zit naast de zetel op de grond terwijl jouw kindje op de buik ligt in de zetel.
  • Leg je baby niet op de buik net na de voeding.

2.    Wisselhouding tijdens het slapen

Jouw kindje leg je te slapen op de rug, dit is de veiligste positie voor een baby om te slapen. Door echter voortdurend op de rug te liggen zonder wisselhouding, gaat het hoofd op die drukplaats gaan afvlakken.

Een simpele handeling zoals deze kan al een groot verschil maken: draai voorzichtig het hoofdje van jouw kindje naar de tegengestelde richting waarin het nu slaapt. Kijkt jouw kindje naar links als het slaapt? Draai dan zachtjes het hoofdje naar rechts. Kijkt het naar rechts dan wissel je naar links. Heel simpel maar doeltreffend. Zorg voor genoeg afwisseling.

Sommige hulpmiddelen zoals een ergonomisch babykussen of ergonomisch babyzijligkussen kunnen ook een handige tool zijn om de druk te verminderen. Deze gebruik je steeds onder toezicht.

3.    Wisselhouding tijdens het drinken

Geef je flesvoeding? Probeer dan ook eens te voeden in de andere arm. Of voedt je baby wat rechterop.

4.    Minimaal gebruik van autostoeltjes, wippers, swings…

5.    Manueel therapeuten die gespecialiseerd zijn in baby’s

Soms zijn alle tips en trucjes reeds uitgeput en heb je heb je geoefende handen nodig om jouw baby verder te helpen. Het internet staat vol met gediplomeerde mensen, voel aan wie en wat jullie noden het beste tegemoet komt.

Op de eerste afbeelding onder zie je een uitgesproken afvlakking van het achterhoofd. De tweede foto is 1 week later genomen, na consultatie en met behandelplan in uitvoering.

Wat kan de BabyExpert voor jullie betekenen?

Bij een groeiconsult krijg je een ruime hoeveelheid informatie rond ontwikkeling en groei, tips en tricks, oefeningen en speelmogelijkheden. Dit allemaal afgestemd op de leeftijd en ontwikkeling van je kindje. Door tijdig in te grijpen en bij te sturen, kun je afplatting van het hoofdje vaak voorkomen of verhelpen voor het ernstiger wordt. Blijkt jouw kindje toch meer specifieke ondersteuning nodig te hebben? Dan sturen wij door naar experts in het werkveld zodat jullie verder geholpen worden.

Heb je vragen rond dit thema of wil je graag een afspraak voor een groeiconsult? We helpen je graag verder!


Hoe vaak moet een baby in bad?

Hoe vaak moet een baby in bad?

Baby’s hoeven echt niet elke dag in bad te gaan. Dat is niet zo goed voor hun huidje. Ze worden ook nog niet echt vuil. Daarom is het vaak voldoende om even de bips te wassen en het gezichtje wat te verfrissen en je baby slechts een 2-3 keer per week in bad te doen.

Geef je je ukje vandaag een badje, dan zijn er een aantal zaken waar je rekening mee kan houden om het zo aangenaam mogelijk te verlopen:

Voorbereiding

  • Zet alles klaar: Zorg dat je alle spulletjes vooraf klaar zet, niets zo onhandig dan met een natte baby door de kamer lopen omdat je daar nog wat buiten handbereik liet staan.
  • Zorg voor voldoende tijd: Niemand zegt dat het badje ‘s morgens, ‘s avonds, … moet verlopen. Plan het in wanneer jullie er tijd voor hebben.
  • Ruimte: Maak de ruimte aangenaam warm. Je baby koelt namelijk heel snel af wanneer hij in zijn blootje ligt. Een warme kamer en een warme badcape zorgen ervoor dat uit badje komen net iets aangenamer wordt.
  • Veiligheid: Zorg voor een veilige omgeving, veilige producten en een veilig gebruik ervan.
    Blijf ten allen tijde bij je baby. Gebruik je badolie? Zorg dat dat je baby stevig vast hebt bij het optillen. Olie maakt je kindje glibberig.

 

Producten

Producten voor volwassenen zijn vaak veel te hard voor een babyhuid. Ze drogen het kwetsbare huidje uit en ondersteunen ze niet. Kies dus voor zachte producten aangepast aan je baby.  Zachte producten zonder schadelijke stoffen die de huid van je kindje ondersteunen en helpen beschermen.

Tetradoeken kunnen helpen om ook gemakkelijk tussen alle plooitjes de huid te drogen. Want als je deze niet zorgvuldig droogt, kan je kleintje hier last van krijgen.  Een badcape wikkeltje je baby warmpjes in, zodat hij niet te snel koud krijg, waar de huid nog nat is.  Warmte na een badje is namelijk erg belangrijk voor je kleine uk. Is jouw kindje wat groter dan kan een badjasje ook een uitkomst zijn.